Op grond van een beslissing van de gezamenlijke internationale tennisbonden[1] speelden deelneemsters uit Rusland en Wit-Rusland zonder hun nationale kenmerken.
Titelverdedigster Ljoedmila Samsonova was het achtste reekshoofd. Zij bereikte de halve finale – daarin werd zij uitgeschakeld door de latere winnares.
De als eerste geplaatste Amerikaanse Jessica Pegula bereikte eveneens de halve finale. Daarin verloor zij van Maria Sakkari.
Het derde reekshoofd, Cori Gauff uit de Verenigde Staten, won het toernooi. In de finale versloeg zij de als vierde geplaatste Griekse Maria Sakkari in twee sets. Gauff wist voor het eerst in haar loopbaan het toernooi van Washington op haar naam te schrijven. Het was haar vierde WTA-titel, de tweede van dat jaar. Zij incasseerde US$ 120.150 prijzengeld op dit toernooi.
De Belgische Elise Mertens strandde al in de eerste ronde.
Van de titelhoudsters Jessica Pegula en Erin Routliffe had de eerste zich niet voor deze editie van het toernooi ingeschreven. Routliffe speelde samen met de Estische Ingrid Neel – zij strandden al in de eerste ronde.
Het eerste reekshoofd, Nicole Melichar-Martinez en Ellen Perez, kwam niet verder dan de tweede ronde, waarin zij werden uitgeschakeld door de latere winnaressen.
Het ongeplaatste duo Laura Siegemund en Vera Zvonarjova won het toernooi. In de finale versloegen zij het eveneens ongeplaatste koppel Alexa Guarachi en Monica Niculescu in twee sets. Het was hun vierde gezamenlijke titel. De Duitse Siegemund had daarnaast zeven eerdere dubbelspeltitels met andere partners; de natieloze Zvonarjova elf.