schraper

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  schraper    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• schra·per

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van schrapen met het achtervoegsel -er

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	schraper	schrapers
verkleinwoord	schrapertje	schrapertjes

Zelfstandig naamwoord

de schraper m

1. iemand die schraapt, een gierigaard
2. iets waarmee men kan schrapen

Verwante begrippen

• krabber

Synoniemen

• [1] krentenweger, [2] schraapijzer

Hyponiemen

• tongschraper, verfschraper, voetschraper

Vertalingen

    1. gierigaard   

Engels: miser (en), niggard (en), skinflint (en), tightwad (en)

Spaans: avaro (es) m

    2. iets waarmee men kan schrapen   

Engels: scraper (en), scratcher (en)

Spaans: rascador (es) m, raspador (es) m

Gangbaarheid

• Het woord schraper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schraper" herkend door:

95 %	van de Nederlanders;
94 %	van de Vlamingen.