vlo

Nederlands

Een vlo Pulex irritans , sterk vergroot.

Uitspraak

• Geluid:  vlo    (hulp, bestand)
• IPA: / vlo / (1 lettergreep)

Woordafbreking

• vlo

Woordherkomst en -opbouw

• erfwoord via Middelnederlands vlo van Oudnederlands flo, als toenaam aangetroffen vanaf 1147 en in de betekenis van ‘insect’ vanaf 1287

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vlo	vlooien
verkleinwoord	vlooitje vlootje	vlooitjes vlootjes

Zelfstandig naamwoord

de vlo v / m

1. (dierkunde) benaming voor insecten uit de orde Siphonaptera , vleugelloze bloedzuigende huidparasieten

   ▸ De vlo raakt besmet met de bacterie na een bloedmaaltijd bij een besmet knaagdier.

Hyperoniemen

• dier
  • geleedpotige
    • insect

Hyponiemen

• zie de categorie: Vlooien in het Nederlands
• aardvlo, hondenvlo, kattenvlo, konijnenvlo, mensenvlo, plantenvlo, rattenvlo, straatvlo, strandvlo, watervlo, zandvlo

Afgeleide begrippen

   

Vlodrop vlokreeft vlooienband vlooienbeet vlooienkam vlooienkruid vlooienmarkt vlooiennest vlooienpoeder vlooienpoeier vlooienspel vlooientheater vlooienzak vlowants vlozaad vlozegge

Uitdrukkingen en gezegden

• Wie bij de hond slaapt, krijgt zijn vlooien

Wie met een slecht iemand omgaat, gaat zijn gedrag overnemen.

Vertalingen

    1. benaming voor insecten uit de orde Siphonaptera   

Afrikaans: vlooi (af) Deens: loppe (da) g Duits: Floh (de) m Engels: flea (en) Frans: puce (fr) v Italiaans: pulce (it) v

Limburgs: vloeaj (li) v Pools: pchła (pl) v Portugees: pulga (pt) v Russisch: блоха (ru) v Spaans: pulga (es) v Zweeds: loppa (sv)

Anagrammen

• o.l.v., O.L.V., vol, vol.

Gangbaarheid

• Het woord vlo staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vlo" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.